De tendens

Wellicht is het u als volger van de gemeentepolitiek in Zandvoort ook opgevallen. Iedere keer dat er iets over Haarlem te zeggen valt, grijpen bepaalde partijen aan de rechterkant het moment om eens flink kritisch te zijn. Betalen we wel genoeg? Is er wel goed werk geleverd? Wordt ons geen loer gedraaid? Dit zijn gevoelens die ik aan een gemiddelde avond overhoud. Met andere woorden: over de samenwerking wordt vaak gesproken, maar zelden in verheffende en opheffende toon. Meer reden voor GroenLinks om juist ook de voordelen aan te geven, als contrast van het nu langzamerhand vaste jargon van de partijen aan de rechterzijde.

 

De voordelen

Er zijn zeer zeker voordelen, neem nu de coronacrisis. Op dit moment wordt het college ondersteund door een heel team van mensen die adviseren, maar ook snel reageren op de turbulente situatie waar wij ons op dit moment in bevinden. Als Zandvoort een eigen ambtenarenapparaat had gehad, had dit team bestaan uit wellicht een klein groepje mensen, zo niet een enkeling. Als zo iemand dan bijvoorbeeld ziek was geworden, stond het college er zo goed als alleen voor. Nog niet te bedenken dat dat groepje wellicht zo overwerkt was geraakt, dat van een gezonde werksituatie geen spraken meer kon zijn. Niet alleen dat is dus een groot voordeel, want naast deze schaalvergroting bleek uit het rapport van Berenschot ook dat het beleid ook in kwaliteit is toegenomen. Als gevolg van die toename is de vraag vanuit Zandvoort zelfs steeds groter en groter geworden. Sterker nog, een deel van kritische mensen geven dat toe in het rapport van Berenschot: “De meerderheid van bestuurders en gemeenteraadsleden is tevreden over de kwaliteit van de stukken; daar wordt ook progressie in gezien.”

 

Vanwaar dan die kritiek?

Uit het rapport van Berenschot, ook wel bekend als de tussenevaluatie, blijkt dat die kwaliteitsverbetering en schaalvergroting nog niet ‘geland’ zijn bij de bewoners en ondernemers in Zandvoort. Zij hebben veelal een gevoel dat het ambtelijk apparaat op een te grote afstand staat van hen. Ook hebben zij moeite met het bereiken van mensen en is de drempel om het gemeentehuis binnen te lopen te hoog. Neem daarbij ook nog eens het door Maaike Koper (PvdA) geagendeerde probleem rondom de website. Zaken die de wethouder n.a.v. het rapport probeerde te herstellen met het verbeteren van de dienstverlening. Iets waar je, gezien de 6,5 die Berenschot onze dienstverlening gaf, niet tegen kan zijn. Die 6,5 is weliswaar op het landelijke gemiddelde, maar wij willen Zandvoorters toch net iets extra’s bieden.

 

U raadt het al!

Juist tegen dit punt stemden twee van de drie rechtse partijen in Zandvoort. OPZ en VVD stemden tegen de verbetering van de dienstverlening, waarbij PvdA, D66, CDA, GBZ, PVV en GL voor stemden. Wederom met als hoofdreden het geld. Nu schrijft Berenschot over het grootste punt dat deze twee partijen te pas en te onpas maken ook iets op. Zij beschreven dat wij wel meer kwaliteit zijn gaan vragen, maar daar geen compensatie tegenover hebben gezet. Als gevolg van de verbeterde beleidsontwikkeling die nu zichtbaar is, is ook de kwaliteitsvraag van Zandvoort omhooggegaan – maar zonder passende financiële tegenprestatie. Het vastgoedbeleid wordt daarbij als een voorbeeld aangehaald: ‘In Zandvoort was dit gebrekkig en werd er nauwelijks inzet op gepleegd. Nu Haarlem dit beter doet, worden er ook hogere eisen aan gesteld. ‘

 

Ook beschrijft Berenschot dat door de toegenomen kwaliteit en het wellichte achterstallige onderhoud, dat in Zandvoort was ontstaan, de efficiëntie voordelen nog wat achterblijven. Door een extra stijging van de cao, waarover (nog) geen extra afspraken zijn gemaakt, loopt de gemeente Haarlem hier het risico om alle kosten te moeten betalen. De afspraak is immers dat Haarlem alle risico’s op zich neemt, aldus Berenschot. In de financiële gegevens van Zandvoort is een daling van de overheadkosten zichtbaar. Dit zou een indicatie kunnen zijn van het beeld wat vaak naar voren komt. Namelijk dat Zandvoort een ‘goede deal’ gesloten heeft met Haarlem. De kosten van Haarlem zijn namelijk niet lager, maar lopen de afgelopen jaren juist op. In meerdere gesprekken komt naar voren, dat de oorzaak hiervan voor een gedeelte te wijten is aan het niet behalen van het efficiëntie voordeel. Met name deze laatste factor herbergt het risico in zich, dat de samenwerking en het vertrouwen dat daaronder ligt, steeds meer onder druk komen te staan. De ervaring elders (met name Aalsmeer-Amstelveen is een goed voorbeeld) leert dat gaandeweg een sfeer ontstaat bij de centrumgemeente dat zij ‘altijd moet toegeven’, terwijl iedere bijstelling naar boven bij de gastgemeente telkens het gevoel oproept dat de kosten alsmaar stijgen en zij er geen grip op heeft. De ‘goede deal’ van Zandvoort kan op deze manier als een boemerang terugslaan op de samenwerking, zegt het rapport..

 

De beeldvorming

Het beeld in Zandvoort is: We betalen te veel aan Haarlem. Het beeld in Haarlem is: De Haarlemmer betaald te veel mee aan Zandvoort. Dit is een redenatie waar je niet gemakkelijk met elkaar uitkomt. Dit blijkt ook uit het feit dat er een derde partij is gevraagd te kijken naar juist de financiële component. Voor Haarlem kan ik niet spreken, maar voor Zandvoort wel: Zoals al eerder hierboven beschreven, is er een bepaalde tendens in de raad. Een tendens die niet positief is richting Haarlem. Laat ik op voorhand duidelijk zijn: We hoeven het echt niet altijd eens te zijn en mogen best kritisch zijn. Echter kritiek moet ook onderbouwd kunnen worden. Dat is nou juist het moment wanneer beeldvorming om de hoek komt kijken. Ook hier schreef de tussenevaluatie iets interessants over. Dat beeldvorming wel doorwerkt in de samenwerking doordat in en vanuit (de raad van) Zandvoort aanhoudend kritiek werd en wordt geuit op de (resultaten van) de ambtelijke fusie. Verschillende spelers, zowel in Zandvoort als in Haarlem, signaleren een “neiging om alles wat slecht gaat op de fusie af te schuiven”. Zij zien graag meer vanzelfsprekendheid en vertrouwen komen ten aanzien van de fusie. Een complicerende factor die wordt genoemd, zij het nadrukkelijk over de partij en niet de persoon, is dat de Zandvoortse portefeuillehouder van de samenwerking van een partij is, die zich in de raad uitspreekt tegen de fusie aldus Berenschot.

 

Het dieptepunt

Of het nog erger kon dan dat, jazeker! Het dieptepunt bereikte wij als raad zijnde in de raadscyclus van februari van dit jaar. Hier bracht OPZ een motie in met een oproep om een onderzoek te laten doen om te kijken wat  ontvlechting zou gaan kosten van de fusie. In de overwegingen en constateringen van de motie stonden  onwaarheden en foute aannames. De toon die uit de motie sprak, was erg negatief en schadelijk. Zo schadelijk zelfs dat fracties, zoals die van ons maar ook PvdA, D66, CDA en GBZ zich in zeer harde bewoordingen keerden tegen de motie. OPZ reageerde er in eerste instantie op door alle overwegingen en constateringen weg te laten. Iets wat raar is, want dat is hetgeen waar je de motie op baseert. Toch haalde de motie het met steun van de rechtse partijen. Iets wat een heel slecht signaal afgeeft in een toch al hele slechte verhouding tussen de nipte meerderheid van de raad en Haarlem. Ook de rol van de media hierin is niet die het zou moeten zijn naar mijn mening. De dagen voor de motie schreef de Zandvoortse Courant; “Eén en ander kan niet los worden gezien van de groeiende irritatie onder met name oppositiepartijen over de manier waarop zij (niet) op de hoogte worden gehouden van de voortgang van het overleg over de knelpunten binnen de ambtelijke samenwerking.” Iets wat ik kan ontkennen. GroenLinks is een oppositiepartij en herkend zich hier totaal niet in. 

Ook opvallend is dat de VVD, één van de ondersteuners van de motie, de ware reden onthuld in de krant: “Alleen al omdat de partijen hun programma's voor de gemeenteraadsverkiezingen van volgend jaar moeten schrijven. Dan weten we tenminste waar we het over hebben", aldus Hendriks.”. Het lijkt verdacht veel op het op kosten van de gemeenschap iets onderzoeken voor eigen politiek gewin. Maar niet alleen dat, ook  de krant die erop volgde is weinig neutraal: “Merkwaardig genoeg kreeg deze elegante oplossing geen (waarneembare) steun van D66, CDA, PvdA, GL en GBZ.” Is het enige dat wordt beschreven over het verzet van deze partijen. Zelfs GBZ, één van de partijen en zo niet de enige partij, die volledig tegen de fusie was, stemde tegen de motie om de toon en de motivatie ervan. Al met al draagt het niet bij aan het verbeteren van de verstandhoudingen.

De conclusie

Zolang de meerderheid van de raad blijft drukken op de samenwerking, daarbij maar deels de uitkomsten van de tussenevaluatie ter harte neemt en geen succes probeert te maken van de ambtelijke samenwerking, zoals staat beschreven in het coalitieakkoord van Zandvoort, stevenen wij af op de afgrond. Waarbij het zelfs zo zou kunnen zijn, dat we met deze capriolen van een aantal partijen onze zelfstandigheid te grabbel gooien. Dat is precies wat wij allemaal niet willen. Er zit maar één ding op. En dat is er een succes van maken. Laten wij ook het rapport zien als feitelijke thermometer en vanuit daar de koorts proberen te laten zakken. Neem de aanbevelingen in zijn geheel over, laat de ambtenaren wat vaker in Zandvoort werken na de corona periode. Het raadhuis biedt genoeg ruimte. Laat de raad vooral de hand in eigen boezem steken en stoppen met ongefundeerde kritiek en populistische uitlatingen. Laten wij van Zandvoort samen met alle inwoners en de ambtenaren in Haarlem een pracht gemeente maken. De kansen liggen er echt. Ik beloof u dat GroenLinks zal strijden voor deze fusie en kritiek zal leveren als die echt geleverd moet worden.